Hoofdstuk 28 - Scheiden en schakelen (toelichting)

28.1 - scheiden (toelichting)

functie bestemd om de voeding van een installatie of gedeelte daarvan om veiligheidsredenen te onderbreken door de installatie of het gedeelte daarvan te ontkoppelen van alle elektrische voedingsbronnen

28.2 - uitschakelen ten behoeve van niet-elektrotechnische werkzaamheden

handeling bestemd om gedurende niet-elektrotechnische werkzaamheden elektrisch aangedreven materieel buiten werking te stellen met als doel gevaren, anders dan door elektrische schok of boogvorming, te vermijden

28.3 - nooduitschakeling

handeling bestemd om een gevaarlijke situatie, die onbedoeld kan ontstaan, zo spoedig mogelijk op te heffen

28.4 - noodstopschakeling

nooduitschakeling bestemd om een beweging die gevaarlijk is geworden te stoppen

28.5 - bedieningsschakeling

handeling bestemd om de voeding van de gehele installatie of een gedeelte daarvan aan-, uit- of om te schakelen bij normaal bedrijf