Zie de toelichting op 8.410.101 voor het begrip "zonder rimpel".
Zie ook blad 11 van NPR 5310:1998.
Zie de toelichting op 8.410.101 voor het begrip "zonder rimpel".
Er moet onder meer rekening zijn gehouden met de kans op kortsluiting door het gebruik van lange geleidende voorwerpen.
Voorbeelden van de hier bedoelde delen zijn:
Een defect wordt uitgesloten geacht indien elektrisch materieel wordt toegepast dat is geïsoleerd overeenkomstig 413.2.
Bewaking kan bestaan uit controlemiddelen die aangeven dat onvermijdelijk optredende lekstromen met elkaar in evenwicht zijn.
Zie de toelichting op 8.410.101 voor het begrip "zonder rimpel".
Deze bepaling heeft tot doel overstromen in beschermingsleidingen van verplaatsbare leidingen te voorkomen.
Zie ook blad 13 van NPR 5310:1998.
Voorbeelden van installatiesystemen zijn:
Buiging kan optreden bij normaal bedrijf en bij onderhoud.
Verplaatsbare leidingen zijn buigzame leidingen. Zie bepaling 8.26.109.
Zie ook blad 13 van NPR 5310:1998.
Deze hulpstroomleidingen met afscherming zijn geschikt voor beperkt flexibel gebruik.