Richtlijnen voor de berekening van de gelijktijdigheidsfactor zijn in voorbereiding.
In het algemeen komen in Nederland niet voor:
De figuren 31A tot en met 31E geven voorbeelden van gangbare driefasige stelsels.
De figuren 31F tot en met 31K geven voorbeelden van gangbare gelijkspanningsstelsels.
Voor de indeling van stroomstelsels wordt gebruikgemaakt van een aanduiding bestaande uit twee letters overeenkomstig tabel 31Z.
Eerste letter: aarding van de voedingsbron | Tweede letter: aarding van de metalen gestellen | Daaropvolgende letter(s) (indien van toepassing): uitvoering van nulleiding en beschermingsleiding |
---|---|---|
T: op één punt rechtstreeks geaard (= bedrijfsaarde) | T: afzonderlijk of groepsgewijs ter plaatse geaard (onafhankelijk van de aarding van de voedingsbron) | S: bescherming wordt geboden door een leiding separaat van de nulleiding of van de geaarde leiding (of in een wisselspanningsstelsel: de geaarde faseleiding) |
I: niet geaard of op één punt geaard over hoge impedantie | N: metalliek verbonden met het geaarde punt van de voedingsbron (in wisselspanningsstelsels is het aardpunt gewoonlijk de nul of, indien een nul niet beschikbaar is, een faseleiding) | C: functies van nulleiding en beschermingsleiding gecombineerd in een enkele leiding (PEN-leiding) |
De volgende combinaties zijn weergegeven: - TN-stelsel, zie figuur 31A, 31B en 31C - TT-stelsel, zie figuur 31D - IT-stelsel, zie figuur 31E |
In geaarde gelijkspanningsstelsels zou rekening moeten worden gehouden met elektrochemische aantasting.
Zie voor verdere eisen aan installaties voor veiligheidsdoeleinden hoofdstuk 35 en hoofdstuk 56.
Voor installaties voor reservedoeleinden zijn in deze toel geen bijzondere eisen gesteld.