De bepalingen van deze rubriek hebben betrekking op ruimten met bad of douche, alsmede de aangrenzende zones. Hier is een verhoogd gevaar van elektrische schok aanwezig door verlaging van de weerstand van het lichaam en het contact van het lichaam met aardpotentiaal.
Met uitzondering van 701.53 c zijn de bepalingen uit deze rubriek niet van toepassing indien een geprefabriceerde douchecabine is geplaatst in een andere ruimte dan een ruimte met bad of douche.
De bepalingen van deze rubriek hebben betrekking op de volgende vier zones (zie voor voorbeelden de figuren 701A t.m. 701C).
Bij het bepalen van de afmetingen moet rekening worden gehouden met muren en vaste afscheidingen (zie figuur 701A b, d en f).
Bij toepassing van SELV-ketens moet, ongeacht de hoogte van de spanning, bescherming tegen directe aanraking zijn bereikt door:
In de zones 1, 2 en 3 moet plaatselijk altijd aanvullende potentiaalvereffening zijn toegepast, die alle vreemde geleidende delen verbindt met de beschermingsleidingen van alle gestellen in deze zones.
In zone 0 mag de nominale spanning in SELV-ketens (zie 411.1) ten hoogste 12 V wisselspanning of 30 V gelijkspanning zonder rimpel bedragen. De voedingsbron moet buiten deze zone zijn opgesteld (zie ook 701.53 en 8.410.101).
Bescherming tegen directe aanraking door hindernissen (zie 412.3) en door afstand (zie 412.4) mogen niet zijn toegepast.
Bescherming tegen indirecte aanraking door isolerende vloeren en wanden (zie 413.3) en door lokale vereffeningsleidingen die niet met aarde zijn verbonden (PU-leidingen, zie 413.4) mogen niet zijn toegepast.
Elektrisch materieel moet ten minste de volgende beschermingsgraad hebben:
In zone 0: IPX7;
In zone 1: IPX5;
In zone 2: IPX4 of IPX5 voor badlokalen;
In zone 3: IPX1 of IPX5 voor badlokalen.
De bepalingen 701.520.02 tot en met 720.520.04 gelden alleen voor:
Leidingsystemen moeten voldoen aan de isolatie-eisen volgens 413.2. Er mogen geen metalen omhulsels zijn toegepast.
In de zones 0, 1 en 2 mogen alleen leidingsystemen zijn aangebracht die zijn bestemd voor de voeding van elektrisch materieel in deze zones.
Lasdozen mogen in de zones 0, 1 en 2 niet zijn toegepast.
[geen wijzigingen of aanvullingen in normtekst]
Zie ook 8.701.521.1.
[geen wijzigingen of aanvullingen in normtekst]
Zie ook 8.701.522.8.1.7.
[geen wijzigingen of aanvullingen in normtekst]
Zie ook 8.701.524.1.
Het navolgende heeft geen betrekking op toestellen die worden gevoed door een SELV-keten volgens 411.1 en 701.411.1.4.3.
In zone 0 mogen uitsluitend vast bevestigde toestellen zijn toegepast die speciaal zijn ontworpen voor gebruik in een badkuip.
In zone 1 mogen uitsluitend vast bevestigde warmwatertoestellen zijn toegepast.
In zone 2 mogen uitsluitend zijn toegepast:
Verwarmingselementen in de vloer die zijn bestemd voor ruimteverwarming mogen in alle zones zijn toegepast. Boven de elementen moet een deugdelijk gevlochten of gelaste metalen mat zijn aangebracht die is geaard, of moeten de elementen zijn voorzien van een geaard metalen scherm. De aangebrachte mat respectievelijk het toegepaste scherm moet tevens zijn verbonden met een plaatselijk aangebrachte aanvullende potentiaalvereffening volgens 701.413.1.2.2.