Deel 5 - Keuze en installatie van elektrisch materieel

Inhoudsopgave

• Inleiding
• Deel 5 - Keuze en installatie van elektrisch materieel
  • 32 - Indeling van uitwendige invloeden
  • 35 - Veiligheidsdoeleinden
    • 352 - Indeling
  • 46 - Scheiden en schakelen
    • 460 - Inleiding
    • 461 - Algemeen
    • 462 - Scheiden
    • 463 - Uitschakelen ten behoeve van niet-elektrotechnische werkzaamheden
    • 464 - Bediening in noodgevallen
    • 465 - Schakelen voor bediening
  • 51 - Algemene bepalingen
    • 510 - Algemeen
    • 511 - Geldige normen
    • 512 - Bestemming en uitwendige invloeden
    • 513 - Toegankelijkheid
    • 514 - Aanduiding
    • 515 - Voorkomen van wederzijdse schadelijke beïnvloeding
  • 52 - Keuze en installatie van leidingsystemen
    • 520 - Algemeen
    • 521 - Soorten leidingsystemen
    • 522 - Keuze en installatie afhankelijk van uitwendige invloeden
    • 523 - Hoogst toelaatbare stromen
    • 524 - Kerndoorsneden van leidingen
    • 525 - Spanningsverlies in installaties van verbruikers
    • 526 - Elektrische verbindingen
    • 527 - Beperking van brandverspreiding
    • 528 - Nabijheid van andere voorzieningen
    • 529 - Keuze en installatie met betrekking tot onderhoudswerkzaamheden met inbegrip van reiniging
  • 53 - Besturings- en beveiligingstoestellen, schakelaars en scheiders
    • 530 - Algemeen
    • 531 - Beveiligingstoestellen voor bescherming tegen indirecte aanraking door automatische uitschakeling van de voeding
    • 532 - Beveiligingstoestellen tegen oververhitting
    • 533 - Beveiligingstoestellen tegen overstroom
    • 534 - Beveiligingstoestellen tegen overspanning
    • 535 - Beveiligingstoestellen tegen onderspanning
    • 536 - Coördinatie van beveiligingstoestellen
    • 537 - Schakelaars en scheiders
  • 54 - Aardingsvoorzieningen en beschermingsleidingen
    • 541 - Algemeen
    • 542 - Aardverbindingen
    • 543 - Beschermingsleidingen
    • 544 - Aardingsvoorzieningen ten behoeve van beschermingsmaatregelen
    • 545 - Functionele aarding
    • 546 - Gecombineerde aardingsvoorzieningen
    • 547 - Vereffeningsleidingen
  • 55 - Overig elektrisch materieel
    • 551 - Laagspanningsopwekeenheden
  • 56 - Noodstroominstallaties voor veiligheidsdoeleinden
    • 561 - Algemeen
    • 562 - Voedingsbronnen
    • 563 - Voedingsnetten
    • 564 - Elektrisch materieel
    • 565 - Bijzondere bepalingen voor noodstroominstallaties voor veiligheidsdoeleinden met voedingsbronnen die niet in parallelbedrijf kunnen worden bedreven
    • 566 - Bijzondere bepalingen voor noodstroominstallaties voor veiligheidsdoeleinden met voedingsbronnen die wel in parallelbedrijf kunnen worden bedreven
• Deel 8 - Aanvullende Nederlandse bepalingen
  • 8.46 - Scheiden en schakelen
  • 8.51 - Algemene bepalingen
    • 8.510.100 - Algemeen
    • 8.510.200 - Lichtinstallaties
    • 8.511 - Geldige normen
    • 8.514 - Aanduiding
  • 8.52 - Keuze en installatie van leidingsystemen
    • 8.520 - Algemeen (wijzen van leidingaanleg)
    • 8.522 - Uitwendige invloeden
    • 8.523 - Hoogst toelaatbare stromen
    • 8.524 - Kerndoorsnede van leidingen
    • 8.525 - Spanningsverlies
    • 8.526 - Elektrische verbindingen
    • 8.527 - Beperking van brandverspreiding
    • 8.528.1 - Verschillende spanningsbereiken
  • 8.53 - Besturings- en beveiligingstoestellen, schakelaars en scheiders
    • 8.531 - Beveiligingstoestellen voor bescherming tegen indirecte aanraking door automatische uitschakeling van de voeding
    • 8.533 - Beveiligingstoestellen tegen overstroom
    • 8.537 - Schakelaars en scheiders
  • 8.54 - Aardingsvoorzieningen en beschermingsleidingen
    • 8.543 - Beschermingsleidingen
    • 8.544 - Aardingsvoorzieningen ten behoeve van beschermingsmaatregelen
  • 8.55 - Overig elektrisch materieel
    • 8.550 - Algemeen
    • 8.552.101 - Scheltransformatoren
    • 8.553 - Schakel- en verdeelinrichtingen
    • 8.554 - Elektrische toestellen
    • 8.555 - Installatiemateriaal
  • 8.56 - Noodstroominstallaties voor veiligheidsdoeleinden
    • 8.561 - Algemeen
    • 8.562 - Voedingsbronnen
• Bijlage CA32 - Verkorte lijst met uitwendige invloeden
• Bijlage CB32 - Onderlinge afhankelijkheid van de luchttemperatuur, de relatieve luchtvochtigheid en de absolute luchtvochtigheid
• Bijlage CC32 - Indeling van mechanische omstandigheden
• Bijlage CD32 - Indeling van macro-omgevingen
• Bijlage CZ32 - Indeling van uitwendige invloeden
• Bijlage CA46 - Beschrijving van bediening in noodgevallen
• Bijlage CB46 - Normatieve verwijzingen naar internationale publicaties met de overeenkomstige Europese publicaties
• Bijlage CN523 - Toelaatbare stromen van leidingen
• Bijlage CA523 - Voorbeeld van het opzetten van vereenvoudigde tabellen uit rubriek 523
• Bijlage CB523 - Formule voor het berekenen van de toelaatbare stroom
• Bijlage CC523 - Invloed van hogere harmonischen
• Bijlage NL523 - Parallelle leidingen
• Bijlage NL533-A - Beveiligingstoestellen tegen kortsluiting van leidingen
• Bijlage NL533-B - Methode voor het berekenen van de theoretische eindtemperatuur van een leiding met een kern van koper bij kortsluiting
• Bijlage IB541 - Aarding en beschermingsleidingen
• Bijlage IA543 - Methode voor het berekenen van de factor k in bepaling 543.1.1
• Bijlage CN543 - Kerndoorsnede van beschermingsleidingen
• Bijlage NL8.514A - Aanduiding
• Bijlage NL8.514B - Afwijkkend gebruik van aderkleuren
• Bijlage CNL8.523 - Toelaatbare stroom van leidingen
• Bijlage NL8.524 - Kerndoorsnede van de nul
• Bijlage NL8.533 - Beveiliging tegen overbelasting van leidingen
• Bijlage NL8.553 - Aanduiding van rails